
Verslaving als verlies van zelfcontrole
Verslaving kan niet in z’n geheel verklaard worden door te zeggen dat het iemands eigen keus is. Het wel of niet roken is meer dan de voor en nadelen tegen elkaar afwegen en kiezen voor het meest aantrekkelijke. Zeker niet voor iemand die al jaren heeft gerookt. Als het zo simpel is, zouden er niet nog zoveel rokers zijn.
Uit hersenonderzoek komt naar voren dat verslaving gepaard gaat met een afname van activiteit in die hersenbanen, die betrokken zijn bij het afremmen van reacties. In deze visie gaat het over impulsen, urges (drang), graving (hunkering) afremmingskrachten, zelfcontrole en zelfbeheersing.
Hersenziekte
De theorie
Verslaving is in deze opvatting een ziekte. Er is een verandering in de hersenen ontstaan. Bij rokers is dat veroorzaakt door de nicotine. Het gevolg is een overweldigende drang om iets te doen en een verlies van kracht om hier controle over te hebben. De roker wil het éne (niet roken) maar doet het andere (wel roken). Centraal in deze visie staat het begrip graving (hunkering). Hiermee wordt bedoeld een “dringend en overweldigend verlangen”.
De kritiek
In strijd met deze visie is dat het toch ook voorkomt dat een verslaafde van de één op andere dag zonder veel moeite wel kan stoppen. Het bezwaar is ook dat een verslaafde als geheel onbekwaam gezien wordt. Alleen kan genezen als het doorgaan met de verslaving hem of haar fysiek onmogelijk gemaakt wordt. Bijvoorbeeld door opsluiting, afzondering, of streng toezicht.
Drie dimensionale persoonlijkheid
De theorie
Iemands persoonlijkheid is bepalend voor hoe gevoelig iemand is voor verslaving. Mensen zijn te verdelen in drie types. Het eerste type is altijd op zoek naar iets nieuws, het tweede type is er vooral op uit om gevaar te vermijden, het derde type laat zich erg sturen door beloning.
Type 1 en type 3 zijn extra gevoelig voor verslaving. De twee soorten types zijn wel op verschillende wijze verslaafd.
De kritiek
Het lijkt een zinnige toevoeging. Het verklaart het verschil in gevoeligheid voor verslaving en benadrukt dat verslaafden door een persoonlijkheidsverschil ook in hun verslaving kunnen verschillen. Het verklaart de verslaving zelf niet. In breder verband is ook nog weinig daadwerkelijk bewijs voor deze zienswijze.
Zelfeffectiviteit
De theorie
Mensen hebben over zichzelf een overtuiging of ze iets wel of niet kunnen, of ze in staat zijn een bepaald doel te bereiken. Dit wordt zelfeffectiviteit genoemd. Voor het overwinnen van een verslaving is het belangrijk dat iemand verwacht dat het gaat lukken. Hoe meer iemand overtuigd is dat hij of zij de nodige acties kan ondernemen, hoe meer kans op succes. Rokers zouden bijvoorbeeld meer gemotiveerd zijn om te stoppen met roken indien ze denken dat ze dit succesvol kunnen doen.
In deze visie gaat men uit van:
– De niveaus van zelfeffectiviteit beïnvloeden de doelen die mensen nastreven
– Zelfeffectiviteit heeft invloed op de inspanning die gebruikt wordt om deze doelen te bereiken
– Zelfeffectiviteit beïnvloedt hoelang mensen volhouden in het najagen van hun doelen indien er hindernissen ontstaan
– Zelfeffectiviteit beïnvloedt de waarschijnlijkheid van het bereiken van het doel
– Zelfeffectiviteit kan worden beïnvloed door een eerder succes of mislukking van de opdracht in kwestie.
De kritiek
De theorie klinkt heel geloofwaardig. Helaas is er nog weinig bewijs hoe belangrijk zelfeffectiviteit is in het voortduren van verslaving. Wat te denken van een zware roker of drinker, die zelf zegt en er ook van overtuigd is dat hij of zij kan stoppen wanneer hij dat zou willen. Hier lijkt het geloof in eigen kunnen geen invloed te hebben op de verslaving.
Het effect van de onthoudingsonderbreking
De theorie
Bij het overwinnen van een verslaving is een eenmalige terugval vaak het begin van een weg terug naar het oude verslavingspatroon. Door de betreffende persoon in wordt in deze visie verondersteld dat interne, stabiele en algemene eigenschappen de oorzaak zijn van het onderbreken van de onthouding. De hierdoor ontstane schuldgevoelens en het controle verlies, vergroten de kans om naar een regelmatig gebruik terug te keren. De terugval wordt ervaren als het niet nakomen van een belofte. Hierdoor voelt iemand een innerlijk conflict. “Ik beloof iets, ofwel ik neem me iets voor, maar ik houd me er niet aan”. De persoon probeert de onenigheid op te lossen door aan te nemen dat een innerlijke en persoonlijke eigenschap onthouding onmogelijk maakt. Hij geeft het op en geeft toe aan de verslaving.
Kritiek
Niet alle veronderstellingen van deze theorie zijn in onderzoek of praktijk goed aangetoond. Wel maakt het duidelijk dat bij een stoppoging veel aandacht moet worden besteedt aan voorkomen van een terugval. Motiverende gespreksvoering is een coachingstechniek die zich hier op richt.
De ontregeling van het remmingssysteem
Theorie
Verslaving is het steeds meer laten schieten van de mogelijkheid het eigen gedrag te onderdrukken, omdat het gedrag wel belonend is.
Kritiek
Het is een opvatting waarvoor zeker bij sommige verslavingen steeds meer bewijs wordt gevonden. De vraag is is dit bij alle verslavingen en waar komt deze ontregeling vandaan?